” ik woonde vroeger in Bambari en ging naar school. Ik was gelukkig. De militie viel aan toen ik op school zat. Ik moest naar huis. “My family was hiding so I hide with them. Ze trapten de deur in en drongen het huis binnen. Mijn broer verzette zich dus grepen ze hem en sleepten hem naar buiten.
” ze lieten hem zitten en executeerden hem. “Mijn moeder schreeuwde en viel de soldaat aan die mijn broer neerschoot. Dus bonden ze haar vast en vermoordden haar ook.
” op het moment dat mijn moeder stierf, ging het mis. Ik moest de dingen in eigen hand nemen. “Ik sloot me aan bij een gewapende groep om de dood van mijn moeder en broer te wreken. Pas toen het Franse leger kwam om ons te ontwapenen, deed ik mijn wapen weg.
“They told me,’ You ‘ re too young for this.’
” ze brachten ons naar het IDP kamp. Het leven is hier heel anders.
” als ik andere kinderen zie voetballen, moet ik me bij hen aansluiten. Ik hou van voetbal.
” ik ben blij om hier naar het War Child centre te komen. Ik kan mijn problemen een tijdje vergeten.
” op een dag zou ik graag een gezin en een huis hebben.”