gebruik wat ik de stick en wiggle techniek noem. het is de snelste manier om je spiergeheugen op te bouwen. Je kunt elk akkoord in ongeveer 3 minuten onder de knie krijgen. Leg eerst je vingers neer op hun juiste plaatsen, maar doe het extreem langzaam en opzettelijk. Wees voorzichtig, visualiseer de plek waar je je vinger naar beneden legt en beweeg langzaam en soepel. Als je vingers op hun plaats zijn, geef het dan een goede tokkelbeweging.
dit deel is wat ik de “stick”noem. Waar je de landing zet. Het draait allemaal om nauwkeurig en perfect zijn, zonder aarzelingen of verspilde bewegingen. Daarom is het belangrijk om langzaam te gaan, omdat het makkelijker is om nauwkeurig en perfect te zijn in een langzamer tempo.
de volgende stap is de “wiggle”, die gewoon je hand volledig van de gitaar neemt en even met je vingers wiebelt. Dit dwingt je spiergeheugen om het akkoord helemaal vanaf nul op te roepen, voordat je langzaam je vingers naar beneden legt en het weer tokkelt. Elke keer dat je dit doet, bouw je eigenlijk een dikkere laag myeline op rond je zenuwcellen, waardoor snellere communicatie tussen je hersenen en je hand mogelijk is. Daarom werkt deze truc zo goed.
nu, doe dat stok en wiebelen, stok en wiebelen, enz…. herhaal het proces over en weer, ten minste 24 keer op een rij, of voor 3-5 minuten. Je zult merken dat het na slechts een paar keer makkelijker en makkelijker wordt en je hand herinnert het akkoord elke keer sneller en soepeler. In slechts een paar minuten heb je het onder de knie.
nadat je dat met de individuele akkoorden doet. Je kunt langzaam de overgangsbewegingen van het ene akkoord naar het andere oefenen, op dezelfde manier. Langzaam, nauwkeurig, herhaling voor een paar minuten.
twee andere snelle tips zijn, zodra u in staat bent om te proberen om uw vingers te verplaatsen naar de juiste plek als een team, in plaats van een vinger per keer. Het is het beste als je spiergeheugen in één keer beweegt. Het zal uw akkoord verandert een stuk sneller en soepeler op die manier.
en last but not least, gebruik indien mogelijk geleidevingers. Als er één vinger is die aan dezelfde snaar mag blijven voor beide akkoorden, til hem dan niet van de snaar terwijl je de anderen beweegt. Als het op dezelfde plaats blijft (zoals je ringvinger doet als je van G naar een D verandert) dan is het makkelijk. Als de vinger op dezelfde snaar blijft maar naar een andere fret moet gaan, til die vinger niet helemaal van de snaar af, je kunt de druk loslaten zodat er geen geluid op zit, maar je moet nog steeds voorzichtig de snaar aanraken. Gebruik dan die snaar als een spoorlijn en schuif je vinger omhoog of omlaag naar welke fret je nodig hebt. Dan kunt u gemakkelijker uw andere vingers op hun plaats laten vallen, met een of meer” gidsvingers ” die al op hun plaats zijn. Het maakt akkoordwisselingen veel gemakkelijker.